Tussen 1991 en 1999 werd Mistral geleid door Jeanne van Sleeuwen-Dortmans. Dat het een leuke tijd was mag blijken uit onderstaand verhaal, door haarzelf geschreven!
Er werd mij gevraagd een stukje te schrijven over de tijd dat ik voor Mistral stond. Want…. Mistral ziet Abraham…..of…..Sara ? Hieronder mijn bijdrage maar allereerst de hartelijke felicitaties met dit jubileum. Ik wens jullie een prachtig muzikaal jubileum toe en veel succes voor de toekomst.
Mijn jaren met Mistral…
1991… zwanger van de 2e…… En José Kuppen-de Bruin kwam vragen of ik het jongerenkoor niet wilde dirigeren: ze hadden al zolang geen dirigent meer. Omdat zoiets al eens eerder door mijn hoofd had gespeeld ‘zou ik dat kunnen?’ wilde ik wel eens gaan kijken. Wat ik aantrof was toch wel een beetje ‘ongeregeld’ en ik dacht ‘dat kan ik gerust proberen’… samen met José.
Na de geboorte van de 2e ben ik in november 1991 gestart: hard nodig want de kerst kwam eraan. Ik vond het echt wel spannend en ik heb toen nog wel getwijfeld. Ook omdat ondertussen mijn schoonouders hadden aangegeven een jaar later te willen stoppen met het melkveebedrijf en dat zou mijn man dan overnemen. Dan komt er toch ineens wel veel op je pad.
Maar…. Ik ben er toch aan begonnen en ik heb daar nooit spijt van gehad. En ik kon altijd terugvallen op José als er iets geregeld moest worden. Het was in het begin echt wel trekken geblazen, maar we hadden gelukkig wel 2 gitaristen (Chris van de Voort en Johan van Driel), een organist (Bart Pieters) en onze welbekende fluitiste. Een mooi combo, wat een goeie ondersteuning was. Die kerst in 1991 bestond het halve koor uit ondersteuning vanuit het personeel van de Rabobank: Jose had ondersteuning geronseld bij haar collega’s! Pastoor Ponsioen was zó blij dat het koor toch kon zingen in nachtmis, dat hij me de ‘reddende engel’ noemde!
Door de jaren heen kwamen er steeds meer mensen bij, maar de middelbare schooljeugd liet het wat afweten. Toch kwam er zo een steviger basis onder het koor te liggen al hadden we eigenlijk wel wat meer mannen nodig. Voor mij waren mannenstemmen in die zin een probleem dat er dan een 3e / 4e zangpartij bijgeschreven moest worden… en schrijven was niet zo mijn ding. Computer was er nog niet echt. Ik moest het doen met goed luisteren naar een nummer wat ik op papier wilde, orgel erbij en dan maar naspelen en noteren. Dat kost veel tijd en daar heb je ook de rust voor nodig. Bovendien was ik meer van het horen, uitproberen en spelen maar daar kon ik niet mee wegkomen!
Op een gegeven moment hadden we ook onze eigen mensen om de vieringen in elkaar te zetten: Resi van Hettema, Leny van Grootel en Anita Nooijen. Een heerlijk team om mee te werken. Zij de tekst en, eerst alleen, maar later samen met enkele koorleden kozen we dan de liedjes erbij die mooi pasten. Ondertussen hadden we er ook een drummer bij: Ton Hanegraaf. Hij paste helemaal bij de club en was een prachtige aanvulling. Ik kon voor hem niks op papier zetten maar dat hoefde ook niet: ik maakte ter plekke wel duidelijk hoe ik het wilde en hij was snel van muzikaal begrip.
De sfeer in het koor was heel fijn. Toen ik eraan begon had ik voor mezelf bedacht dat we samen koor moesten zijn. Dus iedereen kwam in aanmerking voor verschillende taken mits men zelf wilde. En dat werkte goed: geen apart clubje in de club. Ook het wel en wee werd samen gedragen, de betrokkenheid was heel groot. Onder de koffie werd van alles besproken en taken verdeeld. En gelachen hebben we ook!!! We hebben eens gerepeteerd voor de Paaswake: ik ging achteruit lopend wat verder van het koor af ging staan om te luisteren naar de samenzang. Ik zag Ria van de Akker kijken… ze zong door maar haar ogen werden groter en groter en keken naar iets achter mij. Toen keek ik ook maar eens om….gelukkig maar…. Want nog 1 stap en ik had de splinternieuwe Paaskaars in mijn nek gehad!
Ik kon er echt van genieten als het goed klonk: dat is het voordeel als je ervoor staat… je hoort alles mooi in harmonie met elkaar.
Maar ondertussen was ons gezin uitgebreid, inmiddels 5, en had ik steeds minder tijd én rust om muziek uit te werken voor de verschillende partijen. Ik moest het stokje overdragen…. Daar zijn nog wel 2 jaar overheen gegaan maar in 1999 was het zover. Het laatste lied werd ingestudeerd voor Pinksteren: “Walk in the light”. Dat slotlied klonk lekker swingend! En dat vond pastoor Ponsioen ook: hij kwam van het priesterkoor af, draaide zich om voor de buiging en zijn kleed vloog daarbij in het rond: hij danste bijna!!
Samen met het koor was dit een mooie afsluiting van 8 jaar Mistral. Muzikaal was het een uitdaging, en sociaal een verrijking: we droegen elkaar. Dat heb ik zelf mogen ondervinden en dat is iets waar ik nog warm van wordt als ik eraan terugdenk.
Met dank aan iedereen met wie ik heb samen mogen werken.
Jeanne van Sleeuwen-Dortmans